1611525467688 Circle Ce1a53d8a2b1c7dd84b4fc75aa10b1e2 9dzbi3g0cpx7

De lespraktijk van Pauline Kraakman-Lokhorst

Ook in dit schooljaar laten we je graag kennismaken met de lespraktijk van collega’s L/G. We beginnen met interviews met de bestuursleden van onze vereniging. Hoe ziet hun praktijk er uit?

Wie ben je, waar werk je en welke werkzaamheden doe je?

‘Mijn naam is Pauline Kraakman en ik werk inmiddels al meer dan twintig jaar op het Emmauscollege. Dit is een havo-vwo-school waar we, vanuit de katholieke grondslag, gelukkig veel ruimte krijgen om ons vak te geven. We geven les in zowel onder- als bovenbouw en ons vak telt in de bovenbouw mee in het combinatiecijfer. In de bovenbouw werk ik met kleine klassen van maximaal vijftien leerlingen – een luxe waar we onze lessen ook echt op hebben ingericht; leerlingen presenteren zelf een (levensbeschouwelijk) onderwerp en bespreken dit klassikaal.

Naast mijn lesgevende taak ben ik jarenlang betrokken geweest bij de rouwbegeleiding, het mentoraat, de Identiteitscommissie, de commissie Burgerschap en organiseer ik onze kloosterweekenden. Komend jaar sluit ik aan bij de werkgroep digitale geletterdheid.

Sinds afgelopen juni ben ik aangesloten bij de Dolle Mina’ s en heb ik samen met andere drie enthousiaste vrouwen de werkgroep Dolle Docenten opgericht om de thema’s veiligheid, zelfbeschikking, gelijkwaardigheid en beeldvorming toen & nu de school en de klas in te brengen.’

Wat heeft je doen kiezen voor dit vak?

‘Na een stage in een verzorgingshuis ontdekte ik dat dat niet de plek was waar ik thuishoorde. Ik besloot mijn lesbevoegdheid te halen, iets wat ik daarvoor eigenlijk nooit serieus had overwogen. Toen ik aan de lerarenopleiding begon, zag ik het zelfs nog als een soort tussenopleiding totdat ik echt wist wat ik zou willen doen. Verrassend genoeg voelde ik me echt op mijn plek al is het op verschillende momenten ook echt heel pittig geweest. Ik genoot van het vertellen van verhalen – in welke vorm dan ook – én van het begeleiden van leerlingen bij het verwoorden van hun eigen verhaal.’

Wat is voor jou een belangrijke inspiratiebron in je werk?

‘Op onze trouwdag koos de dominee het thema ‘aan God doen en goed doen’. Mijn man is niet kerkelijk, maar juist hier vonden we een gemeenschappelijke waarde: niet per se streven naar geluk, maar proberen een goed mens te zijn en anderen daarin mee te nemen. Elke dag de wereld een beetje beter maken. Dat is ook mijn drijfveer in mijn werk.

Inspiratie vind ik werkelijk overal: bij mijn eigen kinderen, in de kerk, in ontmoetingen met reisgenoten, verhalen van anderen. Een belangrijk voor mij was mijn eerste bezoek aan Auschwitz, waar een deel van de familie van mijn vader is vermoord. Sindsdien ga ik jaarlijks mee als begeleider op de docentenreis. Daar heb ik mezelf de opdracht gegeven om mensen vanuit liefde tegemoet te treden. Dat klinkt mooi, maar ik kan eerlijk zeggen dat ik daar dagelijks in faal. Tegelijk is dat ook mooi: het vertrouwen dat ik het elke dag opnieuw mag proberen.’

Op welke successen in je onderwijs ben je trots?

‘Als ik zo terugkijk zijn er in die twintig jaar mooie dingen gebeurt. In de lessen zelf maar ook dat wij als vak gezien en gewaardeerd worden, juist omdat we ook buiten de “gewone” lesstof iets wezenlijks bijdragen.

Daarnaast is de vorm van rouwbegeleiding op onze school iets waar ik echt trots op ben. Niet alleen in individuele gesprekken met leerlingen, maar vooral in de begeleiding van mentoren en schoolleiding en de bewustwording van de impact, ook als het verlies al even geleden is. Het jong overlijden van mijn moeder, ze was 54 jaar, heeft een belangrijke rol gespeeld in mijn keuze voor dit thema.

Ook op de kloosterweekenden ben ik echt wel trots. Elk jaar gaan er zo’n tachtig leerlingen mee, verspreid over verschillende weekenden. Ze ontdekken er niet alleen het klooster, maar vooral ook zichzelf en elkaar. En dan zijn er nog de identiteitsdagen, de Allerzielentafel, het jaarlijkse personeelsweekend… Dingen die buiten de lessen om plaatsvinden, maar die bijdragen aan de vorming van leerlingen én collega’s en waardoor we elkaar kunnen dragen en een gemeenschap vormen.’

Wat is een uitdaging of vraagstuk waar je momenteel aan werkt?

‘We zijn op dit moment bezig met ons lesmateriaal weer een update te geven op basis van de perspectievenbenadering en de visie die onze school geformuleerd heeft over burgerschap. Hoe laat je leerlingen ontdekken wat echt waardevol is? Dat het leven om méér gaat dan geld verdienen of voldoen aan verwachtingen? Hoe help je ze zichzelf te zijn, maar ook de ander ruimte te gunnen? Hoe stimuleer je maatschappelijke betrokkenheid, in de beperkte lestijd die je hebt? Dat is best een zoektocht.’

Wat betekent de VDLG voor jou en wat zou je graag meer zien binnen de vereniging?

‘Vanaf het begin van mijn loopbaan ben ik een trouwe bezoeker van de VDLG-studiedagen. Je kunt niet overal expert in zijn, dus het is waardevol om te leren van anderen die wel diep in het onderzoeksveld zitten – en om dat dan weer te vertalen naar je eigen lessen. Voor de leerlingen ben jij de deskundige, dus je móet weten waar je het over hebt. Tegelijk is ons vak ongelooflijk breed en zijn er veel verschillende visies. Voor mij is de VDLG een plek van inspiratie, van nieuwe inzichten. Sinds ik zelf in het bestuur zit, zie ik hoe belangrijk het is om ons vak te blijven professionaliseren, om contact te houden met universiteiten en hogescholen. Juist de vrijheid van ons vak brengt de verantwoordelijkheid mee om die vrijheid goed te onderbouwen. Wat ik nog meer zou willen? Meer uitwisseling, meer delen. Daar zijn we goed mee bezig, maar het kan altijd nog beter: deuren openzetten, lesideeën uitwisselen, samen bouwen aan een gedeelde visie. Blijven inspireren, met boeken, webinars, workshops, gesprekken, ervaringen.’

Wat kun jij bijdragen aan de VDLG en je collega’s binnen de vereniging? Waar ligt jouw expertise?

‘Tijdens mijn studie Levensbeschouwing in Leiden heb ik me vooral gericht op godsdienstsociologie, psychologie en geestelijke verzorging. Dat zie je terug in mijn lessen en in de persoonlijke begeleiding en aandacht die ik mijn leerlingen geef. Vakinhoudelijk ligt mijn expertise vooral bij het jodendom en Holocausteducatie. Daarbij gaat het mij niet alleen om feitelijke kennis, maar vooral ook om het herkennen van de mechanismen en processen die op de achtergrond spelen bij dit thema – iets wat in deze tijd misschien wel belangrijker is dan ooit. Daarnaast hou ik van organiseren, ben ik praktisch ingesteld en steek ik graag de handen uit de mouwen als ik iets belangrijk vind. Niet lullen maar poetsen, zoals we in Rotterdam zeggen. Het afgelopen jaar heb ik daarom meegeholpen met de organisatie van de studiedag en vind ik het leuk om anderen enthousiast te maken voor ons vak en voor de vereniging.’

 

 

In gesprek

De lespraktijk van Kevin Reuter

De lespraktijk van Steven Velthuis

De lespraktijk van Marloes Zeeman

De lespraktijk van Doretta Hagoort

De lespraktijk van Gemme Burger

De lespraktijk van Jorrit Haarman

De lespraktijk van Pieter Snel

De lespraktijk van Markus Altena Davidsen

De lespraktijk van Manon Meijer en Petra van Helden

De lespraktijk van Halime Sertkaya

De lespraktijk van Younes Boudarqa

De lespraktijk van Juliëtte van Deursen-Vreeburg

De lespraktijk van Enrico van Rooij

De lespraktijk van Albert Jan Lourens

De lespraktijk van Benthe le Clercq

Terugkijken & vooruitblikken: ‘Leraren die levensbeschouwelijk thuis zijn en daar een verhaal rond hebben’

Terugblikken & vooruitkijken: ‘Hoe maken we nieuwe leraren verliefd op het vak?’

Terugblikken & vooruitkijken: ‘Het is zaak samen te zorgen voor hoge kwaliteit in ons vak’

Terugblikken & vooruitkijken: ‘Uitkijken naar de studiedag en het inspiratieboek’

Terugblikken & vooruitkijken: ‘Doen en ervaren spreekt jongeren enorm aan’